Duurzaam-veilig wegverkeer en de nieuwe normmens

Bijdrage aan de Werkconferentie De Nieuwe normmens, 7 november 1996, Gouda
Auteur(s)
Koornstra, Drs. M.J.
Jaar
De ‘nieuwe normmens' is impliciet een aspect van het te realiseren duurzaam-veilig wegverkeer. Hoewel ‘bereikbaarheid' eveneens een belangrijke rol speelt bij het ontwerp van het duurzaam-veilige netwerk van wegen, is het concept ‘duurzaam-veilig' vooral gericht op de verhoogde veiligheid van alle verkeersdeelnemers. Daarbij is het vooral voorwaardenscheppend voor de veiligheid van de langzame verkeersdeelnemer die nu op bijna 90% van de wegen wordt blootgesteld aan ontmoetingen met snelverkeer dat 50 km/uur of harder mag rijden. De mens, en dat wil ook zeggen de soms falende of soms minder toegeruste mens, is de maat der dingen voor ‘duurzaam-veilig' en de ‘nieuwe normmens'. Het concept van de ‘nieuwe normmens' vult het ontwerp van een duurzaam-veilig wegverkeer aan en is met name additioneel van belang voor de inrichting van de openbare ruimte en de verkeersvoorzieningen binnen de 30km/uur-gebieden. Het concept ‘duurzaam-veilig' specificeert vooral de netwerkstructuur, de inrichtingseisen voor kruisend verkeer en de voorwaarden voor een veilig verblijfsgebied. Het beschrijft echt niet of onvoldoende de details van de inrichting van verkeersvoorzieningen en nagenoeg geheel niet de additionele voorzieningen voor de leefbaarheid van het verblijfsgebied. De ‘nieuwe normmens' geeft richting aan onderzoek dat nodig is om de openbare ruimte en de verkeersvoorzieningen op een veilige en gebruiksbevorderende manier in te richten. Onderzoek om het concept operationeel vorm te geven ontbreekt nagenoeg geheel. Onderzoek naar de invloed van menselijke beperkingen op de wijze waarop verkeersdeelname veilig kan plaatsvinden is schaars. Zo'n onderzoek zou juist de basis moeten zijn om tot een veranderde detailinrichting van de verkeers- en verblijfsruimte te komen. Op basis van de ‘nieuwe normmens' worden aanbevelingen voor onderzoek geformuleerd om de kennis die nu nog ontbreekt, te verwerven. Maatregelen die vanuit ‘duurzaam-veilig' genomen worden, verlagen het risico van letsel en overlijden per afgelegde afstand voor alle verkeersdeelnemers, met en zonder beperkingen, evenzeer. Dit risico kan onderverdeeld worden in gedragsrisico- en kwetsbaarheidsfactoren. Jongeren vertonen het hoogste gedragsrisico en autobestuurders tussen de 50 en 65 jaar het laagste. Ouderen boven de 64 jaar hebben doorgaans meer beperkingen dan andere leeftijdsgroepen, maar het gedragsrisico van autobestuurders boven de 64 jaar is zelfs lager dan voor alle bestuurders samen. De angst die ouderen hebben om bij een ongeval betrokken te raken is echter wel terecht; circa vier keer vaker dan gemiddeld is de afloop voor ouderen boven de 64 jaar dodelijk. Deze hogere kans is het gevolg van de grotere lichamelijke kwetsbaarheid die gepaard gaat met ouderdom. De kwetsbaarheidsfactor veroorzaakt de hogere kans op een dodelijk ongeval van ouderen. Het gedragsrisico van ouderen kan daarom wel worden verlaagd door een verbeterde inrichting van de openbare ruimte en door verkeersvoorzieningen. De hoge kwetsbaarheid kan hiermee echter niet worden beperkt. Aangezien ‘risico' wordt ervaren als de mate van afwijking van de gemiddelde ervaring, zullen ouderen altijd een grotere angst voor ongevallen blijven vertonen, hoe zeer het objectieve risico per afgelegde afstand ook wordt verlaagd
Rapportnummer
D-98-13
Pagina's
22
Gepubliceerd door
SWOV, Leidschendam

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.