Hoe kan verkeerseducatie verder verbeterd worden?

Antwoord

Goede verkeersveiligheidseducatie vraagt om:

  • Directe aansluiting bij de verkeersrollen van de doelgroep en hun ervaringen bij die rollen.
  • Een onderbouwd inzicht in de risicofactoren en -situaties voor de beoogde doelgroep en hun verkeersrollen.
  • Daarop gebaseerde hele concrete (SMART-)leerdoelen in termen van vaardigheden, gedragsstrategieën, kennis en motivaties.
  • Didactische werkvormen die passen bij de leerdoelen en de cognitieve vermogens van de doelgroep.
  • Enthousiaste, gemotiveerde en goed geïnformeerde leerkrachten/docenten, waar nodig (bij trainingen in de praktijk) ondersteund door ouders.

Zie ook [3] [16] en de vragen Wat zijn kenmerken van een goed verkeerseducatieprogramma? en Wat zijn doelstellingen van verkeerseducatie?.

De ontwikkelde checklist ‘kwaliteit verkeerseducatieve interventies’ [16] is een praktisch instrument voor gebruikers om een indicatie van de kwaliteit van een bepaald programma of cursus te krijgen. Het is ook een instrument voor ontwikkelaars om na te gaan of hun product aan de belangrijkste kwalitatieve criteria voldoet. Wanneer de kwaliteit van bestaande programma’s met deze checklist wordt beoordeeld, blijkt de kwaliteit de afgelopen jaren te zijn gestegen: van in totaal 3,6 in 2012 naar 4,7 in 2022 bij en maximumscore van 5 [16]. De meeste educatieve programma’s blijken te voldoen aan de door Vissers en collega’s geformuleerde voorwaarden over kennis van het probleemgedrag, een duidelijk geformuleerde doelgroep, goed geformuleerde leerdoelen en op het probleemgedrag, doelgroep en leerdoelen afgestemde werkvormen (zie ook de vraag Wat zijn kenmerken van een goed verkeerseducatieprogramma?). De grootste winst valt nog te behalen in de uitvoering van een effectmeting [16].

Effectmetingen zouden idealiter in termen van ongevalsbetrokkenheid moeten gebeuren. Maar dat is zo goed als onmogelijk. Ongevallen zijn gelukkig nog altijd zeldzame gebeurtenissen. Om statistisch een effect aan te kunnen tonen, heb je grote aantallen en dus een hele lange tijdsperiode nodig waarin allerlei andere dingen gebeuren, naast de verkeerseducatie, die de ongevalsbetrokkenheid beïnvloed kunnen hebben. Er kan dan geen uitspraak gedaan worden over het effect van de educatie.

Eindevaluaties vinden daarom bij voorkeur plaats in termen van geobserveerd verkeersgedrag. Het verkeersgedrag is toch uiteindelijk wat verkeerseducatie wil beïnvloeden en geobserveerd gedrag is dan een veel betrouwbaardere indicatie dan zelfgerapporteerd gedrag. Tussentijdse evaluaties kunnen ook naar onderliggende aspecten kijken zoals vaardigheden, kennis en motivaties, gebaseerd op de leerdoelen en zolang er een samenhang met het uiteindelijk gewenste/beoogde gedrag is.

Image
Afbeelding
Onderdeel van factsheet

Verkeerseducatie

Onder verkeerseducatie verstaan we alle educatieve activiteiten die als doel hebben verkeersgedrag positief te beïnvloeden. De activiteiten zijn Meer

Deze factsheet gebruiken?