Maak van de nul een punt in Zuid-Holland

Verkeersveiligheidsanalyse en mogelijke maatregelen met het accent op jonge bestuurders, senioren en fietsers
Auteur(s)
Aarts, L.T.; Boele, M.J.; Bos, N.M.
Jaar

Het Regionaal Ondersteuningsbureau Verkeersveiligheid Zuid-Holland (ROV-ZH) is bezig met de invulling en uitwerking van het Meerjarenprogramma verkeersveiligheid 2017-2020. Met dit programma ondersteunt het ROV-ZH de regievoerders van Zuid-Holland: de provincie Zuid-Holland en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). In het programma wil het ROV-ZH uitwerking geven aan het motto ‘Maak van de nul een punt’. Met dat motto roept het ROV-ZH iedereen op om zijn verantwoordelijkheid te nemen om ervoor te zorgen dat iedereen in Zuid-Holland elke dag veilig thuiskomt.

Deze gezamenlijke verantwoordelijkheid is gericht op een reductie van het aantal vermijdbare verkeersslachtoffers. Het ROV-ZH zet hierbij specifiek in op drie focusgroepen: jonge bestuurders (16-24 jaar), senioren (60-plussers) en fietsers.

Voor de uitwerking van het meerjarenprogramma heeft het ROV-ZH aan SWOV gevraagd om een analyse te maken van de verkeersveiligheid in Zuid-Holland. Dat heeft zich vertaald in de volgende onderzoeksvragen:

  1. Hoe ontwikkelt de verkeersveiligheid zich in Zuid-Holland op basis van de werkelijke cijfers en welke focusgroepen zijn daarbij het grootst?
  2. Welke verkeersveiligheidsproblemen zijn bekend voor de focusgroepen die het ROV-ZH heeft geformuleerd?
  3. Welke aanknopingspunten zijn er voor het streven naar nul vermijdbare verkeersslachtoffers in Zuid-Holland?

De verkeersveiligheidsanalyse is uitgevoerd op basis van de cijfers over werkelijke aantallen verkeersdoden en ernstig gewonden in Zuid-Holland. De betreffende ontwikkelingen zijn vergeleken met de ontwikkelingen in heel Nederland. Daarnaast is beschikbare kennis uit de literatuur gebruikt om aanknopingspunten te benoemen voor concrete stappen richting nul vermijdbare verkeersslachtoffers.

Verkeersdoden

In 2015 vielen in Zuid-Holland 88 verkeersdoden en in 2016 waren dat er 70. Het werkelijke aantal doden lag in 2015 19 hoger dan in de politieregistratie (BRON) is terug te vinden. Over het aantal door de politie geregistreerde doden in 2016 konden we bij het verschijnen van dit rapport nog geen uitspraken doen. In de afgelopen 15 jaar daalt het aantal verkeersdoden in Zuid-Holland ongeveer even snel als in Nederland als geheel. De grootste groepen doden zijn auto-inzittenden, fietsers en voetgangers. Binnen het totale aantal verkeersdoden is het aandeel van deze groepen in Zuid-Holland in de laatste jaren toegenomen. Gecorrigeerd voor het aandeel in de bevolking zien we vooral grote aantallen doden onder senioren (70-plussers) en jonge bestuurders (15-29-jarigen). De meeste verkeersdoden in Zuid-Holland vallen op gemeentelijke wegen en binnen de bebouwde kom (in heel Nederland is dat vaker buiten de kom).

Ernstig verkeersgewonden

Als we kijken naar de aantallen ernstig verkeersgewonden, zien we een verschil tussen de door de politie geregistreerde ‘ziekenhuisgewonden’, de werkelijke aantallen ernstig verkeergewonden en informatie over ernstig verkeersgewonden uit ziekenhuizen. Deze laatste bron blijkt veel dichter bij de werkelijke aantallen te liggen dan de politieregistratie. In 2014 vielen er in Zuid-Holland circa 3.900 ernstig verkeersgewonden, waarmee de stijgende lijn sinds 2006 wordt voortgezet. De toename wordt vooral veroorzaakt door een stijging van het aantal ernstig verkeersgewonde fietsers als gevolg van een ongeval zonder gemotoriseerd verkeer (de zogenoemde N-ongevallen). Met name deze N-ongevallen worden vrijwel niet geregistreerd door de politie. Fietsers zijn verreweg de grootste groep onder de ernstig verkeers­gewonden, vooral bij N-ongevallen. Ook bij de ernstig verkeersgewonden domineren de jongeren en senioren; vaak zijn dit fietsers, bij 16- en 17-jarigen zijn ook bromfietsers een grote groep. Ook ernstig verkeersgewonden vallen veelal binnen de bebouwde kom.

Aanknopingspunten voor beleid

De bestudeerde cijfers laten zien dat vooral jonge bestuurders, senioren en fietsers behoren tot de grootste groepen ernstige slachtoffers. Om aanknopingspunten te bieden voor de verkeersveiligheid, heeft SWOV op basis van literatuuronderzoek in kaart gebracht wat oorzaken zijn van verkeersongevallen waarbij verkeersdeelnemers uit deze focusgroepen ernstige verwondingen oplopen.

Voor zowel jonge bestuurders als senioren zijn dat vooral leeftijdsgebonden kenmerken. Bij jongeren gaat het daarbij om een toename van bewust risico­gedrag, toegenomen blootstelling aan gevaarlijke situaties en vervoerwijzen en om onervarenheid met nieuwe vervoerwijzen en situaties. Bij senioren zijn het vooral de toenemende fysieke kwetsbaarheid en functionele beperkingen waardoor het risico op een ongeval toeneemt. Doordat senioren zich ook weer meer te voet en met de fiets verplaatsen, en daardoor minder beschermd zijn dan bijvoorbeeld in een auto, speelt ook de tegenpartij hierbij een rol.

De fietser als focusgroep overlapt met de twee gekozen leeftijdsgroepen: zowel jongeren als senioren maken relatief veel gebruik van de fiets. De belangrijkste oorzaken van ongevallen met fietsers betreft de inrichting van de infrastructuur en de (blootstelling aan) voertuigaspecten van de gemotori­seerde tegenpartij. Ook het eigen gedrag en de specifieke kenmerken van fietsers spelen een rol, zoals het feit dat fietsers vaak onbeschermd aan het verkeer deelnemen en daardoor kwetsbaar zijn. Hierbij spelen ook de eerder genoemde leeftijdsspecifieke kenmerken van jongeren en (vooral) senioren een rol.

Vanuit bovengenoemde oorzaken zijn maatregelen en aanknopingspunten voor beleid geformuleerd. Deze kunnen we als volgt samenvatten:

  • duurzaam veilige en senioren-bestendige infrastructuur;
  • verbetering van de veiligheid van de fietsinfrastructuur;
  • veiligheidsbevorderende kenmerken van fietsen en fietsers;
  • veiligheidsbevorderende maatregelen voor gemotoriseerd verkeer;
  • maatregelen aan gemotoriseerd verkeer ter bescherming van de tegenpartij;
  • insteek en aandachtspunten voor voorlichting;
  • aandachtspunten voor het aanleren en bestendigen van vaardigheden;
  • aandachtspunten voor regelgeving en handhaving.
Rapportnummer
R-2017-5
Pagina's
56 + 4
Gepubliceerd door
SWOV, Den Haag

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.