Aanvullende registratie van ongevalskenmerken

Een pilot-studie in Zeeuwsch-Vlaanderen
Auteur(s)
Lindeijer, Drs. J.E. ; Hagenzieker, Drs. M.P
Jaar
In opdracht van het Regionaal Orgaan voor de Verkeersveiligheid in Zeeland (ROVZ) is in de periode februari 1994 - augustus 1995 een pilotstudie ‘aanvullende registratie van ongevalskenmerken' uitgevoerd in Zeeuwsch-Vlaanderen. Dankzij de medewerking van politie en wegbeheerders is aanvullende informatie verkregen over gedrag en achtergronden van gedrag van betrokkenen bij letselongevallen en over weg- en omgevingsfactoren van de betreffende ongevalslocaties. Begin 1996 heeft de SWOV alle aanvullende informatie ontvangen en een analyse uitgevoerd. In totaal zijn 161 letselongevallen geanalyseerd. Dit is een steekproef uit een totaal van 392 letselongevallen, die in die periode door de politie zijn geregistreerd ten behoeve van de landelijke statistiek. Het pilotproject heeft te kampen gehad met aanloopproblemen. Mede door organisatorische redenen is het project enkele malen stopgezet; dit betekende onder andere dat de instructie die vooraf werd gegeven niet ten goede is gekomen aan de mensen die uiteindelijk hebben meegewerkt aan het project. De steekproef bleek bovendien onvoldoende representatief te zijn om concrete uitspraken toe te laten. In het aanvullende materiaal zijn inconsistenties geconstateerd, waardoor een betrouwbare interpretatie van het materiaal niet mogelijk is. Toch is gebleken dat zowel de politie als de wegbeheerder waardevolle, aanvullende informatie kan verstrekken. Deze informatie kan aanmerkelijk meer inzicht verschaffen in de achtergronden van het ‘waarom' een ongeval niet had kunnen worden voorkomen, dan momenteel in de beschikbare, geautomatiseerde bestanden voorhanden is. De belangrijkste aanbevelingen zijn: -Het organiseren, verkrijgen en inzamelen van aanvullende gegevens die geleverd moeten worden door verschillende instanties, vraagt om een goed functionerend projectmanagementteam. -Het begrippenkader dat gebruikt is in de vragenlijsten zal beter moeten aansluiten bij het door de politie gebruikte jargon en moet logischer van opbouw zijn. -Het verzamelen van extra informatie bij politie en wegbeheerders vraagt om een goed functionerend projectmanagementteam. -Bij een eventueel vervolg kan het beste aansluiting worden gezocht bij een vergelijkbaar project dat momenteel onder leiding van de Adviesdienst Verkeer en Vervoer te Heerlen wordt uitgevoerd. -Extra informatieve vragen kunnen beter worden ingepast in de bestaande werkwijze van de politie, bijvoorbeeld door de vragen op te nemen in het bedrijfsprocessensysteem van de politie. -Informatie over de ‘drukte' van het verkeer ten tijde van het ongeval kunnen beter door de politie worden beantwoord dan door de wegbeheerder
Supplementary registration of accident characteristics A pilot study for the ‘supplementary registration of accident characteristics' in Zeeuwsch-Vlaanderen was performed in the period February 1994 -August 1995 at the request of the Regional Organisation for Road Safety in Zeeland (ROVZ). The cooperation of police and road authorities made it possible to obtain supplementary information about the behaviour and behavioural background of those involved in injury accidents and about the road and environmental factors of the accident locations in question. In early 1996, the SWOV received all the supplementary information and performed an analysis of the data. In total, 161 injury accidents were analysed. This represents a random sample from a total of 392 injury accidents, registered in that period by the police for the purposes of national statistics. The pilot project suffered initial problems. Partly for organisational reasons, the project was stopped several times, which also meant that the instructions given in advance did not benefit those people who ultimately participated in the project. The random sample also proved to be insufficiently representative to enable concrete statements to be made. The supplementary material contained inconsistencies that prevented a reliable interpretation of the available data. Nevertheless, it was shown that both the police and the road authority can provide valuable supplementary information. This information could offer significantly more insight into the background of ‘why' an accident could not be prevented than is presently feasible with the automated databases. The principal recommendations are as follows: -The organisation, acquisition and collection of supplementary data to be provided by various organisations requires a properly functioning project management team. -The basic concept outline used in the questionnaire should conform better with the jargon as applied by the police and should be more logical in construction. -The collection of extra information from the police and road authorities requires a properly functioning project management team. -For the purposes of any subsequent study, it would be better to seek coordination with a comparable project currently being performed under the auspices of the Netherlands Transport Research Centre AVV in Heerlen. -Extra informative questions could be better suited to the existing methodology of the police, for example by including the questions in the operating processes system of the police. -Information about the ‘intensity' of traffic at the time of the accident can be better answered by the police than by the road authority
Rapportnummer
R-96-51
Pagina's
36 + 17
Gepubliceerd door
SWOV, Leidschendam

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.